De drie noordelijke provincies hebben dinsdag een nieuwe OV-ontwikkelagenda gepresenteerd. In dit document hebben de overheden opgenomen welke maatregelen zij willen nemen om de bereikbaarheid met het openbaar vervoer in 2040 verbeterd te hebben.
De provincies werken hiervoor samen met de gemeenten Groningen, Leeuwarden, Emmen en Assen met naast een betere bereikbaarheid ook de bereikbaarheid van het platteland als belangrijk speerpunt. Ook zaken als toegankelijkheid en betaalbaarheid zijn als belangrijk genoemd.
Landelijk is er een toekomstvisie voor het openbaar vervoer in 2040 vastgesteld. In het noorden is besloten ook al uit te gaan van een tussenstap in 2030.
Plannen die men in 2030 af zou willen hebben behelzen onder meer twee directe Intercity’s tussen Groningen en Leeuwarden en een nieuw treinstation in het noorden van Assen. Voor de langere termijn ziet het noorden graag vaker een Intercity tussen Groningen en Zwolle rijden en hoopt men op een sneltrein tussen Groningen en Delfzijl, mogelijk gekoppeld aan een sneltrein tussen Groningen en Veendam.
Op het gebied van busvervoer worden plannen genoemd die deels al bekend zijn, zoals het insnijden van het Emmaviaduct in Groningen om de route naar het nieuwe busstation te versnellen. Nieuw genoemd zijn onder meer het verbeteren van de OV-bereikbaarheid van de Zernike Campus en het uitbreiden van het HOV-netwerk in Groningen (en in Leeuwarden). Daaronder moet de bereikbaarheid van het platteland gedekt worden door een robuust basislijnennet en makkelijk te boeken vervoer als de hubtaxi, bijvoorbeeld via een app.
Het milieu is ook een belangrijk speerpunt in de agenda. In 2030 moet het busvervoer emissievrij zijn. Daarom worden er na 2025 geen bussen met CO2-uitstoot meer aangeschaft. Ook zal er dan alleen nog regionaal opgewekte hernieuwbare energie worden gebruikt. Deze maatstaven zijn overigens onderdeel van landelijke afspraken.
De hele agenda is hier na te lezen.